FOCUSING

Eugene T. Gendlin, Ph.D.

De zes stappen

‘Focusing’ (focussen, ‘inzoomen’) is het zich concentreren op een innerlijk gevoel dat je in jezelf oproept volgens een bepaalde methodiek. Over het algemeen is enige oefening nodig; toepassing van deze methode vraagt een houding die gericht is op zelfobservatie. Hierna zijn de zes stappen van het focussen weergegeven in de vorm van een soort handleiding.

’FOCUSING MANUAL’

*    Vooraf: De voorbereiding
Trek je terug in een rustige, stille plaats. Maak het je gemakkelijk. Neem de tijd om te ontspannen. Neem een rustige houding aan (bijv. de basishouding). Kom tot rust (bijv. d.m.v. spierrelaxatie en bewuste diepe buikademhaling): ga jezelf na, van top tot teen, en voel of je ontspannen bent. Probeer elke spanning af te laten vloeien met de uitademing. Merk hoe je lichaam steeds ontspannener wordt. Hoe je gedachten rustiger worden.

NB: Je zou ook kunnen zeggen: ga in meditatie, maar dan nu volgens een bepaalde strategie. Richt je aandacht zoals gebruikelijk eerst op het waarnemen van de adem. Ga wanneer je tot rust bent gekomen (wanneer je ademhaling rustig en regelmatig is) naar stap 1.

1.      ‘Ruimte maken’ (Clearing a space)

Deze eerste stap bij ‘focusing’ gaat in essentie hierom: maak in je innerlijk een ruimte, en trek door die ruimte een denkbeeldige streep; stel je observerende ‘zelf’ op aan de ene kant van de fictieve streep, en zet de dingen die je zorgen baren aan de andere kant van de streep. Je observerende “zelf” registreert van enige afstand alles dat zich als onprettig, verwarrend, problematisch aandient, en zet dit op een rijtje aan de andere kant van de streep. Ieder heeft in zijn of haar leven wel een rijtje problemen dat je met je meedraagt. Niet al die problemen zijn op een bepaald moment actueel. Het gaat er nu niet om alle mogelijke problemen te inventariseren; het gaat er om de probleemgebieden omhoog te krijgen die je nu bezighouden.

Stel jezelf de vragen:

Hoe voel ik me nu? Waarom voel ik me niet echt goed? Wat houdt mij eigenlijk bezig, wat baart me zorgen?

Blijf met je aandacht naar binnen gericht, naar het inwendige van je lichaam, misschien naar je borst of buik. Ga na wat daar gebeurt als reactie op de gestelde vragen. Tast, voel je lichaam (‘Sense within your body’). Blijf rustig zitten, probeer je denken los te laten, en wacht terwijl je contact houdt met je gevoel. Laat de antwoorden langzaam komen vanuit dit contact met je innerlijke bron, je innerlijk voelen. GA NIET IN OP DE PROBLEMEN, observeer alleen dat ze zich aandienen, en zet ze op een rijtje. Blijf ontspannen, kijk alleen, observeer. Blijf je op je gemak voelen. Observeer het, doe een stapje terug, zeg: ‘Ja, dat is er. Ik voel dit, daar’. Creëer een beetje ruimte tussen jou en dat gevoel. Vraag dan wat je nog meer voelt. Wacht op andere gevoelens die opkomen (‘sense’). Meestal is er niet één ding maar zijn er verschillende dingen die omhoog komen.

Ga na wat datgene is waardoor je je niet zo prettig voelt.

2.      Gevoelde gewaarwordingen (felt sense of the problem) ;

Stel jezelf dan de vragen: Waar heb ik nou het meeste last van? Wat baart me het meeste zorgen?
Selecteer het probleemgebied waar je aan wilt werken.

BLIJF ER WEL BUITEN: DUIK NIET IN HET PROBLEEM! GA HET NIET ANALYSEREN, GA ER NIET MET JEZELF OVER PRATEN! GA NIET IN OP DE DETAILS VAN HET PROBLEEM. LAAT AL DIE NEIGINGEN TOT ‘RUIS’ ONTSPANNEN PASSEREN. Blijf het geheel zien, en bekijk het van enige afstand.

Stel de vraag: Waar gaat het bij dit probleem eigenlijk om?

Stel je open voor het antwoord dat je gevoel je geeft. Probeer het gevoel te lokaliseren: waar in je lichaam doet het zich voor? Wat doet zich voor? Besteed daar aandacht in je lichaam waar je gewoonlijk de dingen voelt. Daar, op die plek, kun je je gewaar worden van een bepaald gevoel dat opgeroepen wordt. Geef jezelf de gelegenheid om je gewaar te worden van de onduidelijke gevoelens van dat geheel. Wees geduldig, wacht rustig, heb vertrouwen.

Probeer op die manier in contact te komen met ‘the felt sense of a problem’, de gevoelens die onder de oppervlakte liggen, net als topje van de ijsberg. Wacht tot zich een gevoel aandient, en merk het op. Het waargenomen gevoel (‘felt sense’) doet in eerste instantie misschien vaag aan, je bent misschien geneigd er aan voorbij te gaan, het als niet belangrijk af te doen. Blijf er bij, wacht tot je de innerlijke aura voelt die het hele probleem omvat. Laat dit gevoel er gewoon zijn zonder er iets mee te doen.

Naarmate je het meer doet zul je er een bepaalde gevoeligheid voor ontwikkelen, het wordt steeds duidelijker waar het om gaat.

3.      Het vinden van een typering (trefwoord)

Stel de vraag: Hoe kan ik deze gevoelens typeren?  Wat is hun aard?

Probeer een typering te geven door een woord, een zin, of een beeld te laten opkomen vanuit het ontstane gevoel. Het kunnen aanduidingen zijn als benauwd, beklemd, onbuigzaam, stijf, bang, verlegen, hulpeloos, vast zitten, bezorgd, zwaar, springerig, agressief; of een zin als ‘als in een kooi’, ‘moeten presteren’; of een beeld als ‘een zwaar geladen bal’, enz. Blijf bij het gevoel tot je een woord/zin/beeld gevonden hebt dat precies het gevoel weergeeft. Laat het woord/de zin/ het beeld uit het gevoel komen, niet uit je hoofd. Je gevoel leidt je daarbij, net zoals je bezig bent met het in je ‘mind’ zoeken naar wat je vergeten bent.

4.      Resoneren

Ga heen en terug tussen het waargenomen gevoel en het trefwoord (de zin, het beeld). Ga na hoe deze met elkaar resoneren. Voel dus steeds het gevoel (de ‘felt sense’) waar het om gaat, en kijk of er wellicht een woord/zin/beeld is dat er nog beter bij past. Het is te vergelijken met de termen ‘kouder/warmer’ bij het spelletje ‘ik zie ik zie wat jij niet ziet’! ‘Je komt er steeds dichter bij!’ Kijk wat er gebeurt: is er een klein lichaamssignaal dat je zegt dat beide met elkaar in overeenstemming zijn. Het kan ook zijn dat het gevoel vanuit zichzelf verandert door dit resoneren; dat is ook goed. Laat dit proces van ‘matchen’ plaatsvinden zonder sturing door je mind: je lichaamstaal spreekt nu! Ga terug naar het gevoel, dan weer naar het woord, en pas ze aan elkaar aan.

Verander ze, totdat het gevoel en het woord/de zin/het beeld precies bij elkaar passen. Check dit door herhaling van het resoneren. Als het gevoel raak getypeerd is geeft dit een zekere opluchting, wellicht een lichte zucht; er is een bevestiging, zo van: ‘dat is het’. Blijf bij het aldus getypeerde gevoel, verpoos er even bij, geef het een minuut of twee de tijd om de kleine verandering (opluchting) te verwerken.

*    Het kan zijn dat zich bij stap 4 al zo’n verandering van de beleving van het probleem heeft voorgedaan dat stap 5 overgeslagen kan worden; de ‘body-shift’ heeft dan al plaatsgevonden.

5.      Vragen stellen

Stel de directe vraag: Wat is er met dit probleem aan de hand dat ik me zo ...shit... (zie trefwoord: woord/zin/beeld!) voel?

Verzeker je ervan dat je de typering opnieuw voelt: fris, levend (niet ophalen vanuit de herinnering van het voorafgaande). Het kan helpen het trefwoord/ de typering stil tegen jezelf te zeggen. Sta er bij stil, raak het aan, wees er bij met je aandacht. Als het gevoel er weer is kun je het bevragen; je kunt aan dat gevoel vragen wat het is. 

De verschillende stappen van het focussen zijn visueel als volgt weer te geven.

Wat maakt het hele probleem zo .......?

Als je snelle antwoorden krijgt zonder dat er een verandering (shift) in het gevoel plaatsvindt, laat die antwoorden dan passeren. Ga met je aandacht terug naar het woord/de zin/het beeld, en ga na wat je in je lichaam ervaart; m.a.w.: probeer het gevoel dat past bij het woord weer op te roepen. Stel de vraag dan opnieuw, en wacht... Zoek niet in je mind naar het antwoord: wees geduldig, het lichaam zal het antwoord geven, geef het de tijd.

Blijf bij het opgeroepen gevoel tot er iets langskomt dat je voelt: “ja, dat is het!”

De woorden die rechtstreeks uit het gevoel omhoog komen hebben iets van een doorbraak, een Aha-Erlebnis.

Als het waargenomen gevoel (‘felt sense’) niet rechtstreeks antwoordt is dat ook goed. Je kunt het niet forceren, het is een geschenk als het komt. Belangrijk is genoeg tijd voor het proces te nemen. Als een eerst nog vaag en onduidelijk gevoel betekenisvol is geworden, ook al weet je nog niet goed wat er aan de hand is, dan heeft ‘focusing’ plaatsgehad en is het zinvol geweest.

Als het enige tijd duurt voor er een antwoord komt kun je de volgende twee vragen stellen (eerst de een proberen, dan de ander):

*    Wat is het ergste van dit alles? (Of: wat is het ... (overtreffende trap trefwoord) van dit alles?).
*    Waar heeft het waargenomen gevoel behoefte aan om zich goed te voelen? (What does the felt sense need to feel OK?)

Gewoonlijk wil in eerste instantie je ‘mind’ antwoorden; laat dat maar gaan, en probeer tot in het gebied van het waargenomen gevoel door te dringen.

Als er ook na deze vragen geen antwoord komt kun je beter een poosje stoppen, en het later weer fris opnieuw proberen.

6.      Ontvangen

Wat er ook komt, verwelkom het op een vriendelijke manier. Wees blij dat je lichaam tot je gesproken heeft. Dit was slechts één verandering (shift); het is niet het laatste woord. Als je deze boodschap vriendelijk ontvangt zullen er meer volgen. Het enige dat je hoeft te doen is het te ontvangen. Je hoeft het er nu niet mee eens te zijn, of het te geloven, of te doen wat het gevoel je zegt. Je hoeft het alleen maar te ontvangen. Blijf even bij dat ontvangen gevoel, zelfs al is het maar een lichte opluchting (bevrijding). Verwelkom het, sta er voor open. Wat er ook komt, dit is slechts één verandering; er zullen andere komen. Sta stil bij wat je lichaam je nu vertelt, omdat dat nu belangrijk is.

Het kan zijn dat er van alles in je opkomt over wat je nu zou ‘moeten’ doen om de nieuwe weg daadwerkelijk vorm te geven. Het nieuwe gevoel van opluchting kan meteen al geblokkeerd worden doordat het lijkt of het onmogelijke van je wordt gevraagd. Bijv.: het lijkt of er gevraagd wordt huis, vrouw en kinderen te verlaten en een nieuw leven te beginnen. Keer je dan niet meteen van het nieuwe gevoel af, en ga ook niet in op dergelijke wilde ideeën. Probeer het nieuwe gevoel over wat een goede weg is vast te houden, en houd de vorm die het zal krijgen, de keuzen die je gaat maken, nog open. Maak je daar geen zorgen over. Blijf bij het gevoel van opluchting dat je nu weet wat je ten diepste zorgen baarde. Laat kritische vragen geen kans krijgen je nieuwe gevoel weg te manoeuvreren. Bescherm de body-shift die je hebt ervaren tegen dergelijke (zelf)kritiek. Blijf positief denken, ga er van uit dat de volgende stap zich ook zal aandienen, en dat dat even tijd moet hebben. Neem nu de tijd om rustig adem te halen, om alles er te laten zijn zoals het is, zonder meteen weer een volgende stap te willen zetten.

Je kunt na een pauze van bijv. een minuut of langer je lichaam vragen of het verder wil, of dat het nu wil stoppen. Het lichaam kan antwoorden: het is nu genoeg geweest, laat het nu maar bezinken. Of het kan antwoorden: er is nog meer, er is nog geen totale opluchting, ga maar door. Je kunt dan bovenstaande stappen 2 - 6 herhalen. Het kan zijn dat er verschillende cycli nodig zijn om een bepaalde problematiek te verhelderen. Je voelt dan bij elke ronde een body-shift, en gaat door totdat het gevoel geheel is opgelucht. Of je bereikt een verzadigingspunt, en zegt tegen jezelf: ik ben nu op een goed punt om te stoppen, dus dat doe ik.

Pas op voor de valkuil nu alles ineens te willen oplossen!
Als je later weer wilt ‘focussen’, dan weet je de weg, je kent de stappen.

Geef je lichaam de kans, de gelegenheid te vertellen wat het je nog meer te vertellen heeft.

JE KUNT DE LICHAAMSVERANDERING (BODY-SHIFT) NIET AFDWINGEN:

HET KOMT UIT ZICHZELF, WE KUNNEN HET NIET CONTROLEREN. PROBEER HET TE LATEN GEBEUREN.

De body-shift is een mysterieus gebeuren. Het voelt altijd goed, ook al is er in de feitelijke situatie niets veranderd.