Regulier of alternatief genezen?

Zolang er geprobeerd wordt te genezen, is er altijd al een opdeling geweest tussen verschillende manieren om deze genezing na te streven. Ondanks dat de genezing voor allen het einddoel is, staan de methodes dikwijls lijnrecht tegenover elkaar. De methodes op zich hoeven elkaar niet altijd uit te sluiten, maar vaak houden de mensen die ze ontwikkeld hebben vast aan hun eigen visie.

Wij willen gaan bekijken waarom deze aanhangers elkaar niet willen begrijpen, of wellicht elkaar niet kunnen begrijpen. Ter verduidelijking hebben wij een tweedeling gemaakt tussen de reguliere geneeskunst en de alternatieve geneeswijzen. Wij zijn ons ervan bewust dat ertussen de verschillende alternatieve geneeswijzen ook grote verschillen bestaan, die wellicht net zo onoverkomelijk zijn. Maar deze laten wij hier buiten beschouwing. 

Het paradigma

Zoals we hierboven al stelden, en wat ook overduidelijk blijkt uit de praktijk, lijken er onoverkomelijke verschillen tussen regulier en alternatief. Maar waarom is dit zo? Is er een onwil, of kan er ook iets anders aan de orde zijn?

Elke wetenschapsgemeenschap is gebaseerd op een aantal ‘aannames’. Vanuit deze aannames heeft men een basis tot het verder uitwerken van deze wetenschap, hetzij door onderzoek, hetzij door verdere uitwerking van theorieën. Blijkbaar is er in de basis van de verschillende geneeswijzen al zo’n groot verschil dat communicatie of samenwerking niet mogelijk is.

Volgens de theorieën van Kuhn is elke wetenschap opgebouwd vanuit een aantal paradigma’s. Een paradigma is een bepaalde aanname die gemaakt wordt door een groep wetenschappers, over die bepaalde wetenschap. Dit paradigma wordt niet gezien als de waarheid, slechts als een theorie die op dat moment de waarheid het dichtst benadert. Een voorbeeld van zo’n aanname is dat men vroeger dacht dat de zon om de aarde draaide.

Door aanname van een paradigma tussen bepaalde wetenschappers ontstaat een wetenschappelijke gemeenschap. Binnen deze gemeenschap ‘begrijpen’ de wetenschappers elkaar op een fundamentele manier. Zij werken namelijk vanuit hetzelfde omvattende kader (paradigma). Dit paradigma geeft hen iets om aan vast te houden en geeft mogelijkheden voor verder onderzoek. Een paradigma hoeft niet meteen alle antwoorden te geven; er kunnen binnen een paradigma nog genoeg vragen onbeantwoord blijven, zolang ze op dat moment niet als dringend genoeg ervaren worden. In elk facet van onderzoek is het paradigma aanwezig. Het beïnvloedt de verwachting, de methodologie, de uitkomsten en de voorkennis. De voorkennis beïnvloedt op zijn beurt ook het heersende paradigma.

Een paradigma is niet een bewuste afspraak. Het is meer dan een afspraak, het is een paradigmatisch effectieve theorie. Een theorie die op dat moment een kloppend kader geeft voor de wetenschappers om er binnen te werken.

In de medische wetenschap wordt bijvoorbeeld uitgegaan van een scheiding van lichaam en geest (die elkaar wel op een of andere manier beïnvloeden) zonder dat dit expliciet aan de orde komt. Maar de scheiding van lichaam en geest ligt wel als een paradigmatisch gegeven ten grondslag aan de reguliere geneeskunde. Een bepaald paradigma bestaat zolang hij voor de wetenschap voldoende mogelijkheid verschaft om onderzoeken te doen en deze te interpreteren. Zodra een paradigma deze mogelijkheid niet meer verschaft of wanneer bepaalde problemen, die binnen het paradigma niet  opgelost kunnen worden sterk op de voorgrond komen, ontstaat er een crisis. Er zullen pogingen gedaan worden om hetgeen wat niet binnen het paradigma past er toch in te passen. Op zo’n moment kunnen er ook allerlei nieuwe theorieën ontstaan, waaruit een nieuw paradigma kan ontstaan.

Als men in de sterrenkunde bijvoorbeeld de loop van bepaalde planeten niet kan verklaren op grond van het bestaande model, kan iemand een nieuw model ontwikkelen waar wel een verklaring van de planetenloop in past. Zoals bijvoorbeeld het moment waarop men de aanname dat de zon om de aarde draaide verwierp. Het model veranderde op dat moment drastisch; de aarde draaide om de zon. Op deze wijze kan een model een nieuw paradigma worden als het onoverkomelijke problemen oplost. Uit de geschiedenis van de wetenschap blijkt, dat een nieuw paradigma meestal bovendien vragen oproept, die binnen datzelfde paradigma onderzocht kunnen worden.

Een paradigma is dus geen statisch begrip, maar een dynamisch begrip.

Paradigma als oorzaak van onbegrip

Een fundamentele verschil tussen de reguliere en alternatieve geneeswijzen is het verschil in paradigmatisch denken. Dit vormt de basis voor de onoverkomelijke communicatie- en samenwerkingsproblemen. Dit is niet het enige verschil tussen de regulieren en alterneuten. De regulieren bevatten namelijk een onderzoekssysteem wat zeer effectief en systematisch te werk gaat en grote successen boekt. Een belangrijk deel van de behandeling missen zij, een holistische benadering. Onder andere de geest wordt vaak vergeten. Veel alterneuten betrekken de geest wel bij de genezing en dit vormt een groot deel van hun succes. Echter vaak zijn de geneeswijzen zelf vooral pragmatisch, nauwelijks theoretisch onderbouwd of onderzocht op effectiviteit; dat wil zeggen niet volgens de regels van de heersende wetenschapsgemeenschap.

Aan de holistische benadering van de alterneuten zitten twee voordelen. Ten eerste wordt er bij de reguliere wijze wel erkend dat ziektebeelden kunnen worden veroorzaakt door psychische factoren. Bijvoorbeeld bij een maagzweer is het duidelijk dat psychische factoren een maagzweer kunnen veroorzaken. Echter wordt het afgedaan onder het woordje stress. Vervolgens wordt er voornamelijk lichamelijk behandeld. Bij de alterneuten wordt vanuit de holistische benadering gekeken naar ziekte, dus wordt ook de geestelijke kant van ziekte erkend en behandeld (hierbij bedoelen we niet te zeggen dat de desbetreffende behandeling ook effectief is.).

Daarnaast wordt te weinig aandacht besteed aan hoe de patiënt zich voelt onder het ziek zijn en de behandeling, omdat de aandacht vooral naar het desbetreffende zieke orgaan gaat en niet naar de mens die hierbij hoort. Hij wordt gereduceerd tot een mechanisch iets, waar een foutje inzit wat even opgelost moet worden.

Hier ligt dus het tweede voordeel van de alterneuten. Aangezien zij vanuit een holistisch oogpunt behandelen, heeft de patiënt veel minder het gevoel dat er aan zijn psychische leed (al dan niet veroorzaakt door ziekte) voorbij wordt gegaan.

Homeopathie

Een probleem is dat je niet alle alternatieve geneeswijzen over één kam kunt scheren. Binnen die groep zijn er namelijk ook nog eens levensgrote verschillen en tegenstellingen. Voor ons levert dit een probleem op in het vergelijken van regulier en alternatief. Daarom zullen wij ons nu toespitsen op de homeopathie.

Doordat de homeopathie vanuit een volledig ander paradigma genezing benadert, is het niet mogelijk om deze te onderzoeken vanuit de reguliere geneeskunde. Ieder hebben ze hun eigen aannames waarop de methodes van behandeling en de definities van ziekte zijn voortgebouwd. Voor beide geven hun eigen theorieën over ziekte, gezondheid en genezing een correcte weergave van de werkelijkheid. Dit vormt een barrière in het begrijpen van elkaars methodes.

Zo is een van de problemen, dat de medicijnen werken op basis van geheel andere theorieën. In de homeopathie is de werking van een medicijn namelijk gebaseerd op de verdunning van de werkzame stof (in zo’n verdunning dat het niet meer te meten is, via reguliere technieken) en de reactie die je lichaam hierop heeft, namelijk dat je lichaam op basis van dit verdunde stofje zijn eigen afweer op gaat zetten tegen de ziekte. In de reguliere geneeskunde zijn de medicijnen gebaseerd op aantoonbaar werkzame stoffen. Iemand die dus vanuit de reguliere geneeskunde de homeopathie wil gaan onderzoeken, zal dit hoogstwaarschijnlijk vanuit zijn eigen paradigma doen. Hij zal gaan zoeken naar die werkzame stof. Deze is met behulp van de gangbare meetmethoden niet te vinden, omdat het bij de homeopathie gaat om de energieën die komen vanuit het verdunde middel, wat dus een genezend effect op het lichaam heeft.

De verschillende paradigma’s vormen op deze wijze een probleem voor het samenkomen van de reguliere en de alternatieve geneeswijzen.

Tot slot

Zoals we in het begin gezegd hebben, staat genezing duidelijk voorop bij zowel regulier als alternatief hoewel er grote, soms zelfs onoverkomelijke, verschillen lijken tussen beide. Als een van de redenen hiervoor hebben wij het verschil in paradigmatisch denken naar voren gebracht. Wij denken dat dit een groot probleem vormt voor verschillende vormen van genezen om elkaar te begrijpen, aangezien zij elkaar proberen te begrijpen vanuit hun eigen paradigma’s.

Op dit moment is er vanuit patiënten een vraag om meer aandacht voor de psyche en de geest bij de behandeling. Het is ook duidelijk dat steeds meer mensen om deze reden hun toevlucht zoeken tot de alterneuten. Ook binnen de reguliere geneeskunde zijn er aanwijzingen voor een gemis in de kijk op geneeskunde. Er zijn artsen die niet alleen meer gebruik maken in hun behandeling van de reguliere wijze, maar dit doen in combinatie met andere geneeswijzen, als aanvulling op de oorspronkelijke methodes. De behoefte aan een nieuw paradigma lijkt er te zijn. Misschien is er al enigszins sprake van een verschuivend paradigma.

Wat waarschijnlijk ook een deel van het obstakel vormt, is simpelweg het geloof wat een wetenschapsgemeenschap heeft in zijn eigen theorieën. Hierdoor lijken andere theorieën onmogelijk. Dit kan liggen aan de redenen die wij al eerder gegeven hebben, maar het kan ook voor een deel liggen aan het onbewust niet willen toegeven dat de andere theorie ook delen van waarheid bevat, omdat men niet wil toegeven dat er in de eigen theorie een deel ontbreekt.

Hoe dan ook zou het mooi zijn als er een manier gevonden kan worden om het beste uit alle geneeswijzen te gebruiken. Het zou een begin zijn als er ruimte is voor de verschillende vormen van behandeling om elkaar niet uit te sluiten, maar samen te werken. Dit zou uiteindelijk kunnen leiden tot een integratie van de verschillende methoden, die op dit moment heersen, in een nieuw overkoepelend paradigma.  

Dit artikel is geschreven door mijn dochter Conny en haar studiegenote Celina in het kader van hun studie geneeskunde aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam.

Zie ook de pagina over schizofrenie